Show me the meaning of being lonely zakt van 2 naar 3. De kans dat de plaat nog op nummer 1 komt, is hiermee behoorlijk gedaald. Het verkoopverschil met Scoop was vorige week zo'n 40% en nu komt Abel daar nog overheen.

Qua hoogste notering heeft Nothing else matters van Metallica en het orkest (6) het origineel geëvenaard (= nummer 5).
Nu is het zaak om ook evenveel weken genoteerd te staan. De 1992-uitvoering stond 14 weken genoteerd, de 1999-uitvoering momenteel 8 weken.

Get it on tonite van Montell Jordan stijgt van 17 naar 9. Het is de eerste Top 10-hit voor Montell, die tot nu toe niet hoger kwam dan nummer 11 met This is how we do it, zijn debuuthit uit 1995.

The dark van Anouk is nu uit op single en stijgt van 39 naar 10. Hieronder volgt een tabel met de grootste sprongen vanaf nummer 39 ooit.

Not	Vorige	Datum	Titel - Artiest
4	39	3- 6-1967	Waterloo sunset - the Kinks
9	39	14- 3-1970	Lay down (candles in the rain) - Melanie & the Edwin Hawkins singers
10	39	7-12-1968	Jerushala'im - Rika Zarai
10	39	12- 2-2000	The dark - Anouk
11	39	10- 5-1969	The boxer - Simon & Garfunkel
14	39	4-10-1969	Pastorale - Liesbeth List & Ramses Shaffy
15	39	13- 3-1965	Ploem ploem jenka - Trea Dobbs
15	39	15- 4-1967	Puppet on a string - Sandie Shaw
16	39	19- 4-1980	Don't push it don't force it - Leon Haywood
16	39	3- 6-1995	Think of you - Whigfield

De afgelopen weken kreeg ik enkele mailtjes binnen over wel of niet op airplay in de Top 40 staan. Ik zal er hier even op ingaan. Ik houd rekening met de officiële releasedatum, zoals vermeldt in Mega Charts.
De reactie is meestal dat een plaat niet op airplay in de Mega Top 100 kan staan [klopt], maar in diezelfde week al wel in die lijst binnenkomt. Het verschil zit hem in het moment van afronding van de lijsten.
De Top 40 loopt vanaf vrijdag tot en met donderdag. De Mega Top 100 vanaf maandag tot en met zaterdag. Als een single op vrijdag of zaterdag uitkomt, dan kan hij al in de Mega Top 100 staan, terwijl hij in diezelfde week op airplay in de Top 40 staat.

Deze week 2 platen die weer omhoog gaat, zij het 1 plaatsje. Het zijn What a girl wants van Christina Aguilera (11) en Dear Jessie van Rollergirl (12).

Bring it all back van S club 7 stijgt vrolijk door van 32 naar 18. Het zal nog wel even duren voordat het de grooste televisiehit van de laatste 52 weken wordt, want dan moet hij Leef van Han van Eijk overtreffen. Die laatste is deze week overigens verdwenen.

Thank God I found you van Mariah Carey blijft in de 2e week op nummer 24 staan. Het is voor haar niet te hopen dat er met haar plaatje hetzelfde gebeurt als met de vorige plaat die in de 2e week op 24 bleef staan. Dat was namelijk Zerotonine van Junkie XL, die na 2 weken op 24 weer uit de Top 40 verdween.

Het lijst definitief gedaan met Kiss (when the sun don't shine) van de Vengaboys (25). De nieuwe single van deze act heet Shalala lala en is deze week Alarmschijf, staat op Tip 1 en zal pas op 14 februari 2000 uitkomen. Mocht de plaat in de Top 40 van week 7 al binnenkomen, dan zal dit op airplaybasis zijn. Hun rij van Top 10-entries op rij (momenteel 3 stuks) zal waarschijnlijk doorbroken worden, want op airplay in de Top 10 staan is tot nu toe nog nooit gebeurd.
Het nummer is overigens de 4e Alarmschijf van de Vengaboys en ook hun 4e Alarmschijf op rij.

De klapper van de week is Otherside van de Red hot chili peppers. Het nummer komt binnen op nummer 27.
Bijna 8 jaar geleden (7 maart 1992) kwam hun eerste hit, Under the bridge, ook binnen op nummer 27. Die song werd een nummer 1-hit, dus een goed voorteken voor de Peppers.
Otherside is de 3e hit voor de Peppers, want vorig jaar scoorden ze ook al met Scar tissue (24).

Volumia! scoort z'n 5e hit met Hoe lang heb ik te leven (34). Volumia! is destijds opgericht als een feestband, maar qua hits is daar weinig van te merken. Alleen Blijf bij mij was een up-temponummer, de andere hits (Het is over, Afscheid en Hou me vast) waren net als Hoe lang heb ik te leven ballads.

Back at one (35) is de titel voor de eerste hit van Brian McKnight. Hij staat in ieder geval niet op nummer 1, maar wat niet is....

The Corrs is een Ierse band, die al enkele jaren succes heeft aan de andere kant van de Noordzee. In Nederland haalden ze tot nu toe 2 maal de Tipparade, namelijk met Dreams (1998) en So young (1999).
Het nummer Radio is al enkele maanden uit en was zelfs al uit de Mega Top 100 verdwenen. Door aanhoudende airplay op de radio (slimme titel dus) is het nummer opnieuw in de belangstelling gekomen en komt nu binnen op nummer 36.

Overigens moet je the Corrs niet verwarren met de Nederlandse act the Course. Deze scoorde al hits met Ready or not en Ain't nobody.

Het is precies een jaar geleden (13-02-1999) dat Changes van 2pac binnenkwam op nummer 1 in de Top 40. Nu pas scoort Tupac Shakur, zoals hij heette, zijn volgende hit.
Baby don't cry is de 6e hit voor 2pac, allemaal postuum gescoord. De rapper werd in 1995, enige tijd voordat hij een hitje scoorde met Dear mama, vermoord.

Baby don't cry is niet alleen voor 2pac een hit, want het is uitgebracht onder de naam 2pac & Outlawz. Deze Outlawz zijn familieleden en vrienden van Tupac.
Het is dus niet de band the Outlaws, die in de jaren 1975 en 1976 2 hits scoorden in de Top 40 met There goes another love song (30) en Breaker breaker (19).

De nieuwe single van All saints heeft Pure shores en komt binnen op nummer 39. De plaat komt uit op 11 februari 2000 en staat zodoende op airplaybasis in de Top 40 genoteerd.
Pure shores is de 5e hit van All saints en de eerste notering sinds Bootie call eind 1998.

Vorige week had ik het nog over de toepasselijke titel van Brand new start van All of us. De band stond vorig jaar in de finale van het Nationaal songfestival, net als bijvoorbeeld Double date. Kwam de plaat vorige week nog zonder tipnotering binnen op nummer 37, nu zakken ze alweer naar nummer 40 en daarmee gaan ze Double date achterna, want die waren na 2 weken verdwenen. Met All of us lijkt hetzelfde te gebeuren.

Tot slot nog een plaat waarvan de titel een goede voorspelling was: No one van 2 unlimited. 'Niet één' bleef namelijk steken op nummer 2.