Week 41, 11 oktober 2003

In hun 5e week notering stijgen Nena en Kim Wilde naar #1 met Anyplace, anywhere, anytime.

Voor beiden is het een bijzondere prestatie:
Nena stond op 16 april 1983 voor het laatst op #1 en heeft zodoende 20 jaar en 178 dagen op een volgende #1-hit moeten wachten.
Dit is een tweede plaats ooit. Het record staat nog steeds op naam van Cher, die tussen 12 november 1966 en 16 januari 1999 (32 jaar en 65 dagen) op een nieuwe #1-hit moest wachten.

Voor Kim Wilde is het de eerste #1-hit in een hitcarrière die op 25 april 1981 begon.
Ze heeft derhalve 22 jaar en 169 dagen op haar eerste #1-hit moeten wachten.
Dit is de 4e plaats ooit. Het record staat op naam van Rob de Nijs, die voor het eerst op 3 december 1966 in de Top 40 genoteerd stond (daarvoor nog wel in enkele andere lijsten) en pas op 21 september 1996 (29 jaar en 293 dagen erna) voor het eerst op #1 stond.


Anyplace, anywhere, anytime is een remake van een oude hit van Nena.
Het is de 4e keer dat een remake van een eerdere Top 40-hit op #1 komt:
Lola van the Kinks in een live-versie (1981)
Don't let the sun go down on me van Elton John met George Michael (1992)
Sorry seems to be the hardest word van Elton John met Blue (2003)


Vorige week ging Traffic van Tiësto nog van #34 naar #2 en deze week... blijft hij daar staan.
Het lijkt mode te zijn dat platen die van buiten de top 30 naar #2 stijgen, de #1-positie niet weten te halen.
Het overkwam de andere superstijgers, Show me the meaning of being lonely van Backstreet Boys en Shalala lala van Vengaboys (beiden van #35 naar #2 in 2000), namelijk ook.


Twee weken geleden bleef In the shadows van the Rasmus in z'n 2e week op #20 staan en het leek erop dat de plaat het niet lang in de lijst uit zou houden.
Vorige week was er echter al een stijging naar #14 en deze week is de top 10 bereikt door een stijging naar #8.


Dido blijft met White flag op #12 steken, maar doet met haar nieuwe album Life for rent goede zaken. Het staat deze week op #2.


De hoogste binnenkomer is deze week voor Hind Tahiri Laroussi, beter bekend als Hind uit Idols.
Ze is de 6e deelnemer die met een solosingle de Top 40 weet te bereiken. Haar single heet Summer all over again en komt binnen op #17.
Hind is de 2e Nederlander met een Marokkaanse achtergrond in een jaar tijd die de Top 40 weet te bereiken, want op 9 november vorig jaar debuteerde Raymzter.

Door de binnenkomst van Hind is de act Idols (2 weken genoteerd met Here we are) in 1 klap de act waarvan de meeste leden ook solo in de Top 40 hebben gestaan, namelijk 5 leden: Jamai, Jim, Dewi, Marieke en dus Hind.
Het record stond op 4, in ieder geval bereikt door the Beatles.


In de 3e week stijgt Don't be cruel van Shuman & Angel-eye van #37 naar #19.
Het is de hoogste notering voor Rene Shuman sinds But where my love (is concerned), zijn debuuthit uit 1986.


In de 2e week stijgt Baby boy van Beyoncé featuring Sean Paul van #35 naar #23.
De single (nou ja, hij is daar niet verkrijgbaar, puur op airplaybasis) staat op #1 in de Amerikaanse Billboard Hot 100.
Deze lijst kwam deze week in het nieuws, omdat voor het eerst in de geschiedenis de gehele top 10 uit zwarte artiesten bestaat. De belangrijkste reden hiervoor is dat airplay zwaar meetelt bij het samenstellen van die lijst en dat veel radiostations daar alleen maar "zwarte muziek" draaien.


K3 staat met Oya lélé voor de 8e week op rij tussen #21 en #30, terwijl hij eerder al in de top 10 heeft gestaan.
De chartrun is: 25-13-11-9-10-11-14-14-23-26-26-26-22-24-23-25

Met de 16 weken notering is Oya lélé inmiddels de langstgenoteerde single van K3 ooit (was 14 voor debuuthit Heyah mama uit 2000).
De 354 verzamelde punten zijn ook meer dan genoeg om de grootste K3-hit te zijn (was 312 voor Toveren).
Bovendien staat het gelijknamige album deze week voor de 4e week op #1 in de albumlijst.


Eind 2000 kwam the Cooldown Café op #40 binnen met Hey baby (Uhh, ahh), een cover van Bruce Chanel, die er in 1960 mee op #1 stond in de USA.
Na 2 weken op #40 verdween de single uit de Top 40 en leek één van de kleinste hits ooit te worden.
Op 3 februari 2001 kwam de plaat echter opnieuw binnen, haalde #8 en stond in totaal 13 weken genoteerd.

Het heeft even geduurd (wat heet, een kleine 3 jaar), maar nu is het tijd voor hit nummer 2, The lion sleeps tonight.
Het liedje is gebaseerd op een oud Zuid-Afrikaans lied genaamd Wimoweh en werd in 1961 een Amerikaanse #1-hit voor the Tokens.
Een cover van Tight Fit bereikte in 1982 de #1-positie in de Top 40.
Toen André van Duin er in 1985 Een boutje en een moertje en een schroefje en een nippeltje van maakte, bereikte die single #11.

the Cooldown Café komt deze week binnen met The lion sleeps tonight op #29. Ze doen het niet alleen, want ze hebben de hulp ingeroepen van Gerard Joling.
Zo staan er opeens 2 oude deelnemers van de Soundmixshow genoteerd, want Rene Shuman is op #19 te vinden.
Voor Gerard Joling is het de 17e hit. De vorige was het omstreden At your service, zijn eerbetoon aan Pim Fortuyn, dat in 2002 tot #23 kwam.


Het verhaal van Sweet Coffee begon in 2002 in een Belgische opnamestudio. Daar ontmoette de Belgische DJ Den Hétrix (echte naam Patrick Bruyndonx) producer Raffaele Brescia, afkomstig uit Belgisch Limburg.
De twee wilde graag samen een nieuw project beginnen en besloten naar de Antwerpse club Industria te gaan om inspiratie op te doen.
Op de dansvloer van die club botste ze per ongeluk tegen Samia Verdeyen aan, die een avondje aan het stappen was. Ze raakte daarna aan de praat en maakte met Samia de afspraak om haar zangtalent te laten horen.

Patrick en Raffaele waren meteen onder de indruk van de stem van Samia en besloten met haar het project Sweet Coffee te beginnen.
Patrick had zo veel vertrouwen in dit project dat hij besloot zijn werk bij het wereldberoemde label Ministry of Sound op te zeggen. Raffaele volgde het voorbeeld en stopte met zijn werkzaamheden voor het Nederlandse label Rhytm Import. Ze tekenden een contract bij Sony Music en namen de debuutsingle Don't Need You op.
In eigen land werden ze vergeleken met de Britse act Moloko en in het najaar van 2003 scoorde ze ook buiten België een grote hit met de debuutsingle.

Don't need you komt deze week op #35 binnen.


De Amerikaanse rockband Live bestaat uit Ed Kowalczyk, Pat Dahlheimer, Chad Taylor en Chad Gracey.
Ze scoorden in 1995 de eerste hit met de #22-hit I alone.
De grootste hit kwam in 2001 met de 11-september-single Overcome, dat tot #2 kwam.

Deze week scoort de band haar 9e hit met Run away, dat op #36 binnenkomt.


Op 12 juli 2003 debuteerde Stacie Orrico in de Top 40 met Stuck, dat tot #3 kwam.
De single is deze week uit de Top 40 gevallen, maar Stacie hoeft niet te treuren, want de opvolger komt alweer binnen.
De nieuwe single heet (There's gotta be) More to life en komt deze week op #37 binnen.


In de 2e week moet Everybody wants to be... van Birgit 9 plaatsen inleveren en zakt naar #39.
Het is geen record, want dat is 13 plaatsen verlies in de 2e week en staat op naam van De laatste dans van Anja (#25 naar #38 in 1969) en Die zomernachten van San José van Frans Bauer & Corry Konings (#27 naar #40 in 1999).


Op 29 maart van dit jaar debuteerde rapper 50 Cent met In da club.
De single haalde #2 en staat op #7 in de jaarlijst over 2003.
Opvolger 21 questions haalde #8 en deze week komt de 3e hit, P.I.M.P., binnen op #40.


In de albumlijst staat Oya lélé van K3 voor de 4e week op #1.
Life for rent van Dido (#2), Live summer 2003 van Robbie Williams (#4) en 'n Ons geluk van Frans Bauer (#5) knallen naar de top, waardoor Absolution van Muse, dat vorige week van #33 naar #2 steeg, deze week alweer naar #6 zakt.


Verdwenen platen:
(not - hp - wk - titel - artiest)

40  8  8 Señorita Justin Timberlake
39 23  5 Like glue Sean Paul
38  3 13 Stuck Stacie Orrico
36 35  4 Supersounds DJ Jean
34  8 12 Something beautiful Robbie Williams
33 26  5 Going under Evanescence